Lingua   

De vluchteling

Willem Vermandere
Lingua: Neerlandese


Willem Vermandere

Lista delle versioni e commenti


Ti può interessare anche...

Rom Tiriac Rom (Tor de' Cenci)
(Ivan Della Mea)
Duizend soldaten
(Willem Vermandere)
Wie moet zwijgen zal gaan spreken
(Nederlandse Staatskerks Liturgie)


Il testo è ripreso sia da Stefan Cruysberghs' Internet Pages (scip.be) che dal sito del coro belga "Solidariteitskoor Amahoro" (dove è inserito in modo anonimo, cosa che in un primo momento ci aveva fatto inserire questa canzone sotto autore anonimo).

La canzone più celebre (assieme probabilmente a "Bange Blanke Man") di questo artista belga assai impegnato nei movimenti pacifisti e antimilitaristi. Una canzone purtroppo valida per migliaia e migliaia di persone in ogni parte del pianeta, scacciate dalle proprie case (spesso distrutte per rappresaglia, come avviene in Palestina), dalle proprie famiglie, dai propri beni, da tutta la propria vita. E' una canzone che idealmente si ricollega a Rom Tiriac Rom (Tor de' Cenci) di Ivan della Mea.
Als ik ooit mijn dorp moet verlaten,
't ware schrikkelijk godgeklaagd.
Als de storm mijn muren zou kraken,
ik van huis en erf wier verjaagd,
of gewoon door mensen verdreven
uit de burcht die 'k zelf heb gebouwd,
gedoemd om voor de rest van mijn leven
gelijk nen dief te zijn uitgejouwd.

Stel dat alles mij hier wordt ontnomen,
mijn stoof, mijn tafel, mijn bed,
dat ik hier nooit meer binnen mag komen,
dat ik uit al mijn rechten werd ontzet...
Van mijn vrouw en mijn kinders verbannen,
al mijn boeken verbrand op de grond,
alle duvels hier samen zouden spannen,
zelfs beroofd van het woord uit mijn mond.

Wat bleef er dan nog van mij over,
van dien tjoolder zonder dak,
van die schooier, schamel en pover,
een verzonken en verzopen wrak.
Wat was ik zonder mijn instrumenten,
ik was een vogel zonder lied.
Zonder al mijn vertellementen,
ach, ik stierve van verdriet

Als ik ooit mijn dorp moet verlaten
van mijn huis en erf weggejaagd,
als de storm mijn muren zou kraken
het ware schrikkelijk godgeklaagd.

inviata da Riccardo Venturi - 17/6/2005 - 22:26




Lingua: Neerlandese (Flemish)

Della canzone, Willem Vermandere ha eseguito anche una versione in un linguaggio più specificamente fiammingo (lo riprendiamo da:

http://lyricsheaven.topcities.com)
DE VLUCHTELING

Als ik ooit mijn huis moet verlaten
‘t ware schrikkelijk godgeklaagd
als de storm mijn muren zou kraken
ik van huis en erf wierd verjaagd
of geweun deur mensen verdreven
uit de burcht die ‘k zelf hè gebouwd
gedoemd om de rest van het leven
lijk nen dief te zijn uitgejouwd

Stel dat alles mij hier werd ontnomen
mijn tafel mijn stove mijn bed
da’k hier nooit nie meer binnen mag komen
da’k uit al mijn recht werd ontzet
van mijn vrouwe en kinders verbannen
zelfs mijn boeken verbrand op de grond
als duvels hier samen zou’n spannen
zelfs beroofd van ‘t woord uit mijn mond

Wat bleef er dan nog van mij over
van dien ‘tjoolder zonder dak
van die schooier schamel en pover
een verzonken verzopen wrak
wat was ik zonder mijn instrumenten
‘k was nen veugel zonder lied
zonder al mijn vertellementen
ach ik stierve van verdriet

Als ik ooit mijn dorp moet verlaten
van mijn huis en erf weggejaagd
als een storm mijn muren zou kraken
‘t ware schrikkelijk godgeklaagd

inviata da Riccardo Venturi - 17/6/2005 - 22:55




Lingua: Italiano

Versione italiana di Riccardo Venturi
17 giugno 2005
IL PROFUGO

Quando ho dovuto abbandonare il mio villaggio
si è alzato al cielo un terribile grido.
Quando la tempesta mi ha fatto crollare i muri
sono stato cacciato dalla mia casa, dai miei beni
troppo spesso dagli uomini scacciato via
dal baluardo che io stesso ho costruito,
condannato per il resto della mia vita
ad essere schernito come un ladro.

Considera che tutto qui mi è stato preso,
la mia stufa, il mio tavolo, il mio letto,
che non potrò mai più tornare qui,
che tutti i miei diritti sono stati aboliti…
Esiliato lontano da mia moglie e dai miei figli,
tutti i miei libri bruciati per terra,
tutte le mie cose sparse qua e là,
derubato persino della parola dalla bocca.

Che cosa dunque è rimasto di me,
di questo vagabondo senza un tetto,
di questo accattone, di questo poveraccio,
un relitto inzuppato ed affondato.
Che cos’ero senza i miei strumenti,
ero come un uccello senza il suo canto.
Senza tutte le mie storie da raccontare,
ah, io muoio di dolore.

Quando ho dovuto abbandonare il mio villaggio
scacciato via dalla mia casa e dai miei beni,
quando la tempesta mi ha fatto crollare i muri,
un terribile grido si è alzato nel cielo.

17/6/2005 - 23:04




Pagina principale CCG

Segnalate eventuali errori nei testi o nei commenti a antiwarsongs@gmail.com




hosted by inventati.org